Interviews Wil Dreise

Dierbare herinneringen (2003)

Wil Dreise

Naar aanleiding van het artikel van de heer Drapers in 't Seghen Waert 2002/4 wil ik het onderwerp schoolreisjes aanvullen en nog andere herinneringen ophalen aan mijn lagere-schooltijd.

 Oudercommissie

Het personeel van de Openbare Lagere School, gehuisvest in pand Dorpsstraat 114, organiseerde reeds midden jaren dertig schoolreisjes. Dit werd gedaan samen met de oudercommissie, die werd gekozen door de ouders van de schoolgaande kinderen.

Deze commissie hielp onder andere tevens bij het Sinterklaasfeest in het voormalige Spaarbankgebouw. Ook de Floralia in het voorjaar kreeg hun aandacht; tegen een geringe vergoeding konden de kinderen plantjes kopen, deze de hele zomer verzorgen en daarna werden deze in september tentoongesteld. De mooiste inzendingen werden beloond met een prijs.

In de dertiger jaren, de crisisjaren, zorgden diverse dames van de oudercommissie ervoor, dat de kinderen van wat armere ouders extra kleding kregen, deels zelf genaaid, gebreid of verzameld.

Een andere activiteit was het bezoeken van ouders, die voor het nieuwe schooljaar per 1 april een kind moesten aanmelden, maar weifelden over de keuze openbare of christelijke school. Na deze gesprekken beslisten meestal de moeders wat het zou worden.

 Schoolreisjes

De hoogste drie klassen hadden al driedaagse reizen, er werd dan overnacht in jeugdherbergen van de Nederlandse Jeugdherberg Centrale (N.J.H.C.). Bestemmingen waren o.a. Petten en Doorwerth, na de Tweede Wereldoorlog Lunteren. Naar Lunteren gingen ook fietsen mee, die werden vervoerd met de vrachtauto van kolenboer A. Groenheijde. De kinderen werden met luxe auto's van diverse ouders vervoerd.

De lagere klassen hadden een dagtripje, b.v. naar 'De kleine Betuwe', de speeltuin in Haastrecht, soms ook naar Schiphol. Zelf heb ik voor de oorlog maar één schoolreisje meegemaakt. In 1939 gingen we een middag met de bus van Citosa naar de Bataaf in Den Haag, ook een speeltuin.

Er werd het hele jaar gespaard om die uitstapjes te bekostigen. Iedere maandag werd er een bedragje betaald, het geld in een sigarendoos gedaan en uiteraard werd de administratie ervan in een schoolschrift bijgehouden.

 Leerkrachten

Bekende onderwijzeressen waren de dames Coster en Hilvers. Zelf zat ik nog een jaar bij juffrouw Post uit Delft, die kwam altijd op de fiets. Ik zat bij haar in de eerste klas. Met miniapparatuur maakte zij met ons boter en kaas uit melk, die aan de overkant werd gehaald bij Kees Koot. Deze had een café, maar was ook melkboer. Ook maakten wij steentjes in lege lucifersdoosjes. De doosjes vulden wij met klei en bakten die in de grote kolenkachels in de klas.

Hoofd van de school was de heer Baylé. Hij woonde aan de Stationsstraat en kwam zelfs met mooi weer met een motorfiets naar de school. In de jaren '40 nam hij afscheid, hij werd toen hoofd van de Landbouwschool. Deze werd aanvankelijk ondergebracht in een zaal van café Veelenturf in de Dorpsstraat 80. Meester Baylé werd opgevolgd door meester Sonneveld.

Ook meester Graafland werkte bij ons op school, hij was een zeer gedreven leerkracht. De zangles begeleidde hij met zijn viool. Ook was hij een fervent hardloper. In de oorlog kwam meester Beunder uit Zaandam. Hij organiseerde de jaarlijkse sportdag op het voetbalveld van DSO achter café Veelenturf. Ook was hij de oprichter van de dames handbalafdeling van DSO. Na de oorlog werd het team versterkt met o.a. de heer Van der Lee.

 De oorlogstijd

Op het schoolplein aan de Dorpsstraat waren door de Duitsers twee schuilkelders gebouwd. Wij hadden geregeld alarmoefeningen. Bij het luiden van de schoolbel moesten we onder de banken kruipen of in de gang plat op de grond gaan liggen. Dit allemaal vanwege de beschietingen op auto's op de 'Nieuwe Weg' (Rijksweg A-12) door geallieerde Engelse vliegtuigen. In de oorlogsjaren werd onze school diverse malen gebruikt als kazerne. Wij kregen toen les in de kantine van Nutricia, de ene week van 7.30 uur tot 13.00 uur, de andere week van 13.00 uur tot 17.30 uur. In de pauze voetbalden wij op de toenmalige afrit van de rijksweg, want verkeer was er haast niet meer. Meester Sonneveld voetbalde altijd mee, hij was een echte Feyenoorder. Op de hoek tegenover Nutricia stond een bunker, voor ons verboden gebied. De Duitsers hebben er echter nooit in gezeten. Tijdens onze Nutricia periode kwam een keer een Surinamer op school, die over zijn land vertelde. Dat was voor ons, dorpskinderen, de eerste maal dat wij een 'zwarte' zagen, met alle respect voor het woord 'zwarte'. Ondanks het feit dat wij in een dorp woonden, waren er toch enkele gezinnen met voedselproblemen. Ook weer via de oudercommissie werd er gezorgd voor tarwe, c.q. meel waarvan bakker Postuma (van de Horre) brood bakte, dat op school werd verstrekt.

 Dit waren zomaar wat herinneringen aan de schooltijd, waar ook vele anderen met mij goede tijden hebben beleefd.

Alle interviews